Op 5 oktober vertrok ik samen met Rients Faber naar Singapore, waar we een dag zouden blijven om te acclimatiseren en bij te komen van de lange vlucht. De dag in Singapore hebben we besteed door een bezoek te brengen aan Sentosa Island, een van de grotere attracties in Singapore. Het eiland was bereikbaar met een kabelbaan (hoog boven de stad en water), waar ondermeer een gigantisch zeeaquarium, een vlindertuin en veel cultuurhistorische musea waren. Een dag is veel te kort om alles daar te zien.
De volgende dag vlogen we naar Manado. Hier stond reeds een chauffeur te wachten om ons naar het Benteng Resort te brengen. Dit is gelegen bij het dorpje Batu Pituh, direct aan de kust en naast het Tangkoko Duasudara National Park. Hoewel de afstand ongeveer 50 km was, duurde de rit meer dan 2 uur. Het eerste stuk van de rit ging nog over geasfalteerde wegen, maar buiten de bewoonde wereld (in de rimboe) werden het hele slechte wegen met diepe kuilen en geulen. Uiteindelijk komen we toch heelhuids in het resort. Stel je bij de naam resort echter niet veel luxe voor, want het is er allemaal eenvoudig opgezet en wij slapen er gewoon in houten huisjes.
Wij kwamen er ook niet voor de luxe, maar voor het duiken. Het duikgebeuren bij het resort wordt geregeld door Rob Sinke, oud eigenaar van Flipper uit Zwolle. Het duiken gebeurt vanaf twee mooie snelle houten boten, volledig ingericht voor ontspannen duiktripjes. De tripjes duren meestal een hele dag, waarbij ’s ochtends en ’s middags werd gedoken en aan boord een warme lunch werd genuttigd. Verder krijgt elk buddypaar een eigen zeer bekwame duikgids mee. Deze jongens wisten onder water vrijwel elke bijzonderheid te vinden en konden bijna “op bestelling” vanuit een boek de vissen vinden. De enige beperkingen tijdens het duiken waren niet dieper dan 30 meter en geen deco-duiken.
Het onderwaterleven is er zeer divers en voor ieder wat wils. Er zijn stekken met een uitgebreid koraalmilieu, vulkaanzandbodems en wrakken, terwijl de nachtduiken ook speciaal zijn.
De meeste duiken hebben we gemaakt in de Lembeh straat, waar vooral het zwarte vulkaanzand een eldorado is voor liefhebbers van kleiner onderwaterleven. In het begin vraag je je af wat je hier te zoeken hebt, want het zicht is minder dan boven het koraal en de bodem “lijkt” kaal. Na 10 minuten ben je gewend en als je de eerste hengelaarsvis of zeepaardje hebt gezien, ben je helemaal verkocht. Tijdens vrijwel elke duik zagen we diverse soorten hengelaarsvissen in allerlei kleuren, octopussen, spookfluitvissen, dwergvleugelpaardvissen, (dwerg)zeepaardjes, kakatoevoorhoofdsvinvissen en talrijke schitterende naaktslakken (wel 40 soorten) tegen. Vrijwel allemaal vissen die ik nog nooit eerder had gezien en hier bijna iedere duik. We hebben zoveel gezien, dat het onmogelijk in dit ene verslag past.
Spectaculair waren de dwergzeepaardjes, die nog geen centimeter groot zijn. Zonder onze gidsen hadden we ze nooit gevonden, want met het blote oog zie je ze vrijwel niet. Verder hebben we ook nog mandarijnvissen, harlekijnsvissen, steenvissen en flamboyante cuttlefish gezien.
We hebben ook een aantal duiken gemaakt tussen de mooiste koralen. In vergelijking met Egypte zijn de koralen iets kleiner, maar er is een veel grotere verscheidenheid aan harde en zachte koralen. De koralen verkeren in uitstekende conditie en zijn nog niet aangetast door de duikers. Verder een groot aantal anemonen, zakpijpen en veren, waarvan velen bewoond door de mooiste vissen en garnalen. Ook leuk was het laten poetsen van onze tanden op een groot poetsstation met honderden garnalen. Met de automaat uit de mond en opgetrokken lippen kwamen de garnalen in je mond om alles te reinigen.
Tijdens ons verblijf op Sulawesi was er ook de aanslag in Bali, wat 1.000 km verder ligt. Wij hebben er niet zoveel van gemerkt, alleen door het negatieve reisadvies hadden enkele gasten (mijns inziens ten onrechte) geannuleerd. Voordeel voor ons was dat wij de laatste week de boot voor ons alleen hadden en konden bepalen op welke stekken er gedoken werd.
Ik heb hier in totaal 48 duiken gemaakt. De totale duikduur was 77 uur, zodat er een gemiddelde van 96 minuten per duik is gehaald. Verder heb ik hier 4 duiken van meer dan 2 uur gemaakt, waarvan de langste 128 minuten was. Saillant detail is dat ik hier tijdens mijn 200e duik ook mijn 200e duikuur heb gemaakt.
Iedereen die nog eens in de tropen wil gaan duiken, kan ik dit deel van Sulawesi te zeerste aanraden. Rob Sinke heeft inmiddels het Benteng Resort verlaten en is nu bezig met zijn eigen resort op het eiland Lembeh. We hebben de locatie al bezocht en dat zag er veelbelovend uit. Samen met een paar gidsen hebben we zelfs al enkele nieuwe duikstekken bekeken. Hij bouwt 5 of 6 huisjes en wil dan maximaal 8 duikers hebben. Vanuit deze locatie zijn de duikstekken beter bereikbaar en kunnen meer locaties aan de andere kant van Lembeh worden bezocht. Wanneer hij dit voltooid heeft staat dit weer hoog op mijn verlanglijstje.